– 16 april 2024 –
België en Noorwegen ondertekenen een bilateraal akkoord voor het grensoverschrijdende vervoer en permanente opslag van CO2
De federale regering van België, het Vlaams Gewest, het Waals Gewest en de Noorse regering hebben vandaag een Memorandum of Understanding ondertekend voor het faciliteren van het vervoer en de opslag van CO2 tussen België en Noorwegen. Dit past in de plannen om via Carbon Capture and Storage onze broeikasgasemissies terug te dringen en op te slaan onder de Noorse zeebodem.
Carbon Capture and Storage (CCS) is een geavanceerde technologie die gericht is op het afvangen, transporteren en opslaan van kooldioxide (CO2) afkomstig van industriële processen. Het proces begint met het afvangen van de CO2-uitstoot, waarna het op een veilige manier wordt getransporteerd naar geschikte opslagplaatsen, zoals diepe ondergrondse formaties of lege olie- en gasvelden. Daar wordt de CO2 permanent opgeslagen, waardoor het niet in de atmosfeer terechtkomt en bijdraagt aan het broeikaseffect.
Het potentieel van CCS is enorm. Wanneer broeikasgasemissies niet kunnen worden vermeden, heeft deze technologie het vermogen om de CO2-uitstoot van grote industriële bronnen drastisch te verminderen en helpt ze bij het bereiken van de ambitieuze doelstellingen van het Akkoord van Parijs. Zowel het Internationaal Energieagentschap, het VN-klimaatagentschap en de EU zijn het erover eens dat CCS een cruciale rol kan spelen in het behalen van klimaatneutraliteit en het verminderen van de opwarming van de aarde.
Daarnaast biedt CCS ook economische voordelen. Het stimuleert de groei van de cleantech-industrie en creëert nieuwe werkgelegenheid in sectoren zoals engineering, infrastructuur en onderzoek en ontwikkeling. Het bevordert ook innovatie en de ontwikkeling van nieuwe technologieën die de transitie naar een koolstofarme economie faciliteren.
Zo is er onder meer het Belgisch project Kairos@C, met Europese en Vlaamse steun, waarbij de CO2 die vrijkomt bij industriële processen in de haven van Antwerpen zal worden afgevangen, getransporteerd via pijpleidingen naar één verzamellocatie in de haven, vloeibaar gemaakt en verscheept naar de Noordzee voor definitieve opslag. Hierdoor zal er in de eerste 10 jaar zo’n 14 miljoen ton aan CO2-uitstoot vermeden kunnen worden.
De Waalse regering staat ook volledig achter de projecten voor CO2-afvang (Columbus, Anthémis, Go4zero, Leopard, enz.) die aan het opkomen zijn in de cement- en kalksector, twee belangrijke actoren waarbij CO2-uitstoot onlosmakelijk verbonden is met hun productieprocessen. Sommige projecten werken samen met energieproducenten en de waterstofindustrie om het hergebruik van CO2 uit industriële processen te maximaliseren. Toch zal er nog CO2 overblijven dat niet kan worden hergebruikt en dat naar permanente opslaglocaties zal moeten worden getransporteerd.
Potentieel Noorse zeebodem
Noorwegen en België hebben reeds lang goede economische banden. De kiem van het akkoord met Noorwegen werd vorig jaar gelegd tijdens een bezoek van de Noorse premier aan ArcelorMittal in de marge van de Noordzeetop in Oostende. Daar werd het voorbije jaar op verder gewerkt.
Tal van Belgische en Noorse bedrijven zijn geïnteresseerd in de technologie van CCS en bereid om erin te investeren. En de zeebodem van Noorwegen heeft een zeer grote capaciteit om CO2 op te slaan.
Het maandag ondertekende bilateraal akkoord laat onder meer toe dat Belgische bedrijven mee instappen in Northern Lights, een pilootproject om de technische haalbaarheid van CCS in detail te verifiëren. Het is een initiatief dat erop gericht is om CO2-uitstoot van industriële bronnen in Europa op te vangen en het vervolgens via pijpleidingen naar een offshore-opslaglocatie in de Noordzee te transporteren. De opgeslagen CO2 wordt vervolgens geïnjecteerd in onderzeese reservoirs. Het is een samenwerkingsverband tussen verschillende bedrijven actief in Noorwegen, waaronder Equinor, Shell en TotalEnergies, met steun van de Noorse overheid.
Een ander concreet voorbeeld is het CO2 Highway Europe-project, een samenwerking van Fluxys en Equinor om een offshore CO2-pijpleiding tussen Zeebrugge en Noorse CO2-oplsagsites te realiseren. Dit met als doel om een volwaardige langetermijnoplossing uit te bouwen om grote volumes CO2 van België en buurlanden permanent te stockeren.
Het grensoverschrijdende transport van CO2 wordt conform het London Protocol gefaciliteerd via een Memorandum of Understanding. Deze teksten zetten de voorwaarden uiteen waaraan moet worden voldaan om dit transport toe te staan en benoemen tevens de nationale autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor het voorafgaandelijk afleveren van de noodzakelijke vergunningen voor het transport.
In juni 2023 en september 2022 heeft België reeds zo’n Memorandum of Understanding afgesloten met respectievelijk Nederland en Denemarken.